Het is onze vaste gewoonte de fractievergaderingen te beginnen met bezinning. Daarbij gaat het vooral om het vinden van antwoorden op de fundamentele vragen van christelijke politiek. Wat zijn onze drijfveren, wat vraagt God in zijn woord van ons in de concrete vraagstukken waarvoor we worden geplaatst?

Deze keer verzorgt Chris de bezinning. Na het vragen van een zegen over het werk van vanavond en het lezen van een gedeelte uit de tweede brief van Paulus aan de christelijke gemeente in Korinthe, waarin de relatie van ouders en kinderen centraal staat, spreken we samen over de vergrijzing. De conclusies zijn dat we van de ouderen (die vaak een goed inkomen hebben) mogen verwachten dat ze ook financieel solidair zijn met de volgende generatie. Van hen mag verder worden verwacht dat ze de ervaring die ze hebben en de energie waarover ze beschikken, ten dienste stellen van hun naasten en zo bezig blijven in het koninkrijk van God. Dit is een belangrijke bouwsteen voor het gemeentelijk ouderenbeleid.

 

Nu de drie raadscommissies zijn opgeheven, is er een nieuwe taakverdeling tussen de (schaduw)fractieleden nodig. Deze verdeling wordt aan de hand van de programma’s in de begroting gemaakt. Door deze verdeling wordt ook duidelijk wie van ons  eerste aanspreekpunt van de fractie is voor een bepaald onderwerp. .

Hans Duinkerken is bereid als fractiemedewerker aan te treden, zodat de club weer compleet is.

 

De website en de nieuwsbrieven zijn een belangrijk communicatiemiddel tussen de fractie en de leden en belangstellenden. Eelco de Boer is daarom aanwezig om met ons te overleggen op welke manier die communicatie het beste kan. We spreken  af dat we om beurten ‘redacteur van de maand’ zijn. Hij of zij die aan de beurt is (ik dus deze maand) zorgt er voor dat er kopij vanuit de fractie is, zodat onze achterban geïnformeerd wordt.

 

Op de agenda van de raad van 7 april is het structuurplan het belangrijkste onderwerp. Als fractie kunnen we ons er goed in vinden. Monumentenzorg is in het plan een onderbelicht onderwerp. Daar zullen we aandacht voor vragen. Lelystad is weliswaar een jonge stad, maar het is toch belangrijk dat we nu al nadenken over gebouwen en andere kenmerken van de stad die we voor het nageslacht willen bewaren. Voor je het in de gaten hebt verdwijnt er in de vaart van de ontwikkelingen iets dat je -achteraf gezien- graag had willen behouden. Lelystad is een ‘bedachte’stad en dat moet later ook nog terug te vinden zijn.

 

Volgende week is de tweede politieke markt. Dan staan er weer belangrijke onderwerpen op de agenda, zoals het overleg met de moskeebesturen en een presentatie van de culturele raad. We verdelen de taken.

 

Boele Siepel