Wat moeten wij als ChristenUnie nu inhoudelijk met deze nota, immers in algemene zin mag best wel eens weer gezegd worden, dat het sociale beleid van de gemeente Lelystad een goed sociaal beleid is en dat het college programma ook voor de toekomst een solide beleid uitstraalt. Ook als wij het college programma toetsen aan ons verkiezingsprogramma komen wij eigenlijk geen inhoudelijke verschillen tegen. Waar zou de pijn dan nog kunnen zitten?

Allereerst is daar het punt van eigen initiatief en verantwoordelijkheid van de burgers. De grondhouding van onze samenleving is eigenlijk “als het mij niets oplevert doe ik even niet mee”, terwijl de Wet Maatschappelijke Ondersteuning maar ook ons sociale beleid er van uitgaat dat wij in essentie bereid zijn elkaar te helpen. Onze vraag aan het college was dan ook of het college dit punt onderkent en of zij bij de verdere uitwerking van de plannen hier oplossingen voor zoekt. Op beide vragen werd bevestigend geantwoord.

Een tweede punt dat wij hebben ingebracht is het gebruik van het “kleine verband”.

Als voorbeeld worden in de nota genoemd de straat de buurt en de yogaclub. Waarom wordt er in de nota geen gewag gemaakt van de levensbeschouwelijke verbanden in onze stad, was onze vraag? Of, zoals burgermeester Cohen dat noemde, de religieuze infrastructuur zoals moskeeën, kerken en andere levensbeschouwelijke instellingen die in zijn, maar ook in onze optiek een meerwaarde kunnen hebben voor de sociale cohesie. Ook hier antwoordde het college positief op en verwees naar de samenwerking die er nu al plaats vindt met het Interkerkelijk Diakonaal Overleg. Bij de verdere uitwerking zal de religieuze infrastructuur zeker mee worden genomen werd ons door het college bevestigd.

Tot slot hadden wij nog de opmerking dat het ambtelijk apparaat zich moet inspannen om de papierwinkel toegankelijker te maken voor de burger en dat daar, in onze optiek, zeker nog winst geboekt kan worden.

 
Chris van Veluwen

Raadslid ChristenUnie Lelystad