Eerste toespraak Albert Kok als raadslid

albertkok-verkleind091121-06woensdag 21 april 2010 21:19

In de raadsvergadering van 20 april jongstleden heeft Albert Kok zijn eerste toespraak als raadslid gehouden:

 

"Mevrouw de voorzitter. Voor u zit een blijmoedig man en niet een verbitterde oud-wethouder. Het vooruitzicht om het raadswerk weer te kunnen oppakken verheugt me en het voorliggende collegeprogramma heeft die lust niet verminderd, integendeel.

Laat ik beginnen met de hartelijke felicitaties aan VVD, PvdA en InwonersPartij. Relatief snel is in Lelystad een college geformeerd. Complimenten daarvoor. Ik wil kort ingaan op het verloop van de coalitieonderhandelingen en vervolgens op het collegeprogramma.

Het stelt de fractie van de ChristenUnie teleur niet opnieuw in staat te zijn gesteld om deel uit te maken van het college. We zijn ons ervan bewust een relatief kleine partij te zijn. We kunnen niet kiezen, we moeten worden gevraagd en gevraagd zijn we niet. Zijn we niet gevraagd omdat de ChristenUnie geen betrouwbare partner was? Zijn we niet gevraagd omdat we verloren zouden hebben bij de verkiezingen? Zijn we niet gevraagd omdat we geen bestuurskracht zouden hebben geleverd? Ik denk dat geen van drie waar was.

Heeft de ChristenUnie zichzelf dan buitenspel gezet door de actie met SP en GroenLinks? Naar onze mening zeker niet, hoewel de weblog van de heer De Jager en diverse tweets van de PvdA-raadsleden anders doen vermoeden. Juist de PvdA weet dat onze combinatie met GroenLinks en SP pas tot stand kwam nadat VVD en PvdA voor optie 1, een college met de drie grootste partijen, hadden gekozen en niet voor optie 2, een coalitie met mogelijk de ChristenUnie erbij. Die optie was dus op dat moment niet meer aan de orde. De ChristenUnie vindt het jammer dat gekozen is voor een relatief smalle coalitie. Gegeven verder de moeilijke tijd die we tegemoet gaan, vraagt het naar onze mening, en was het wijs en verstandig geweest, om de coalitie te verbreden en mogelijk ook te versterken met wat bestuurlijke ervaring.

Dan nu het collegeprogramma. Het programma is bijna drie keer zo dik als het oude, maar het is inderdaad wel op hoofdlijnen. Vele woorden en zinnen zijn gewijd aan goede voornemens. Elke goede daad wordt inderdaad voorafgegaan door een goed voornemen, dus daar is niets op tegen. Maar vandaag hoorde ik wel iemand zeggen: weet je wel, Albert, dat van een voornemen maar 20% wordt gerealiseerd en van een besluit 75%?
Wat ook opvalt in het collegeprogramma is dat het soms heel erg breedsprakig is. Ik heb het boekje Vaagtaal vandaag gekocht. Vaagtaal is een boekje waarin wordt ingegaan op allerlei verhullend taalgebruik. Dat kan door reclamemensen zijn, dat kan door politici zijn, dat kan door allerlei mensen zijn. De meeste vaagtaal die hierin staat, staat niet in het coalitieprogramma, laat ik dat vooropstellen, maar sommige dingen wel. Ik citeer één zin uit het boekje en dan hoop ik na afloop van mijn speech het boekje te geven aan de heer Marseille, als formateur van dit college.

Een voorbeeld van vaagtaal: “Het is onontkoombaar dat er in de toekomst gedacht moet worden aan een herprioritering van de bestaande beleidsruimte binnen het onderwijsstelsel.” Zomaar een willekeurig voorbeeld. Ik denk dat door het soms breedsprakig taalgebruik in het programma er soms wat te veel woorden zijn gebruikt. Een concreet voorbeeld daarvan wil ik noemen. Op bladzijde 28, wanneer het gaat over de veiligheid. Er worden 14 bullits genoemd met woorden als ‘extra aandacht’, ‘we zetten ons in’, ‘voldoende aandacht’, enzovoort. Veel van de genoemde maatregelen kosten mankracht, dus geld. Maar er is geen dekking afgegeven. Of zouden nu toch die vandalen gaan betalen? En laten we het woord straatterreur alsjeblieft niet gebruiken. Je kunt echt niet zeggen dat in onze stad sprake is van straatterreur. Op bladzijde 28 wordt het genoemd.

Vaak worden keuzes niet gemaakt. Met betrekking tot de grote grazers zal een klankbordgroep ons voorschrijven hoe de gemeente gaat handelen. Inzake het openbaar vervoer worden alleen maar de relevante aspecten genoemd, zonder richting. Voor wat betreft de sociale woningbouw, deze wordt aan de ene kant afhankelijk gemaakt van de commerciële bouw, aan de andere kant van de actieve wachtlijst. En wat wil het college met de Wmo? Op pagina 14 staat een ronkende tekst, zonder één enkele concrete actie. De ChristenUnie wil wel opmerken dat het niet moet gaan om jezelf redden, maar om onszelf te redden. We zullen het samen moeten doen; burger, overheid en maatschappelijk middenveld.

Het adagium ‘niet bezuinigen op effectief sociaal beleid en geen verhoging van de lokale lasten’ klinkt heel leuk. Iedereen zal het daarmee eens zijn, maar wat als effectief sociaal beleid niet meer kan worden betaald? Wat gebeurt er dan?

De ChristenUnie is verheugd dat de bouw van de twee MFA’s doorgaat. De term ‘wervende wijkvoorzieningen’ vinden we inderdaad een stuk beter dan wijktempels. Een compliment voor de VVD voor dit voortschrijdend inzicht. De ChristenUnie is ook goed te spreken over het feit dat het sociaal beleid in grote mate wordt voortgezet. Het onderwijshoofdstuk spreekt ons zeer aan. We vinden het ook juist dat we ons wat betreft de geluidsoverlast aansluiten bij de wettelijke norm. De ChristenUnie is het absoluut oneens met de passage over de winkeltijdenwet. Op deze manier steunen we het grootwinkelbedrijf en krijgen we nooit de zo begeerde kleine, bijzondere, middenstandswinkeltjes. Ook zijn we het oneens dat langparkeerders van buiten de stad tegen aantrekkelijke tarieven moeten kunnen parkeren in het Stadshart. Dat aantrekkelijke tarief moet dan worden betaald door de hardwerkende Lelystedeling. Onbegrijpelijk vinden we de zin, dat de bestaande budgetten alleen door het college mogen worden overschreden. Waar blijft het budgetrecht van de raad in die zin?

Ten slotte. De asielzoekershuisvesting. In het programma-akkoord staat een compromis. Een compromis dat naar de mening van de fractie van de ChristenUnie juridisch niet sluitend is en bestuurlijk onverantwoord. Het compromis is namelijk zo dat mocht worden voldaan aan alle kaders en voorwaarden die de raad heeft gesteld, het college verplicht is om dat voor te leggen aan de raad, maar dan kan de raad alsnog nee zeggen. Je hebt toch een intentieverklaring getekend, niet als gemeenteraad, niet als college, maar als gemeente Lelystad naar het COA toe, dat als aan die voorwaarden wordt voldaan, er dan een asielzoekershuisvesting kan komen? Als dat alsnog wordt afgestemd, dan is dat bestuurlijk onverantwoord, het is niet juist, onbehoorlijk bestuur zou ik het bijna willen noemen. Ik denk dat het COA wel een goede juridische positie zal hebben, want het COA kan zeggen: er is een intentieovereenkomst, we hebben aan alle voorwaarden voldaan en alsnog kan het niet doorgaan; dat vinden we niet juist. Ik denk dat dat een vreemd compromis is en ik zou de drie collegepartijen adviseren om daarover nog een keer goed na te denken, of dat wel een bruikbaar compromis is."

 

Albert Kok

« Terug

Reacties op 'Eerste toespraak Albert Kok als raadslid'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.