MINDER maar ook ANDERS
Inleiding
MINDER maar ook ANDERS en met de nadruk op anders, dat is in het kort de conclusie die Michael Braungart en William MCDonough trekken in hun boek Cradle to Cradle. Zonder meer een bestseller (ISBN 978 90 5594 5771) die al op veel gemeentehuizen als spoorboekje wordt gebruikt voor het ontwikkelen van diverse omgevingsplannen, maar ook voor concrete (ver)bouwwerken. In de volksmond wordt dit ontwerpconcept ook wel 'duurzaam bouwen' genoemd.
Wat is duurzaamheid ?
Duurzaamheid is in zijn algemeenheid een vaag begrip. Zo zal de een zeggen dat een duurzaam product goed is voor het milieu terwijl een ander beweert dat iets duurzaam is wanneer het lang meegaat. Maar over het algemeen is men het er wel over eens dat naast het Milieu (Planet) ook de samenleving (People) en de economie (Profit) pijlers zijn van duurzaamheid of anders gezegd de pijlers zijn voor het behoud van onze planeet.
In het jargon worden deze pijlers ook wel de triple P genoemd en die onderling sterk afhankelijk van elkaar zijn.
Duurzaamheid is eigenlijk een gedwongen huwelijk tussen ecologie en economie met als doel het behoud van onze planeet.
Toch heeft duurzaamheid ook nog wel een negatieve bijklank, velen worden argwanend wanneer grote bedrijven als Nuon of Shell beweren dat zij duurzaam ondernemen terwijl zij zich exorbitant verrijken aan onze energieverslaving. Maar ook de milieu-goeroe Al Gore praatte ons met zijn "ongemakkelijk waarheid" wellicht een collectief schuldgevoel aan en velen vroegen zich af of dat nu wel de basis was om tot oplossingen te kunnen komen.
Op de zoektocht naar wat duurzaamheid inhoudt moet je mijns inziens beginnen bij het denkwerk van de Verenigde Naties dat wereldwijd gedragen wordt en dat duurzaamheid als volgt heeft gedefinieerd:
"Duurzame ontwikkeling is een veranderingsproces waarin de exploitatie van bronnen, de richting van investeringen, de oriëntatie van technische ontwikkelingen en institutionele veranderingen alle in harmonie zijn, waarmee zowel het huidige al het toekomstige potentieel wordt versterkt om de menselijke noden en kansen te vervullen."
Een hele mond vol maar direct herkenbaar is het veranderingsproces, de overtuiging dat het anders moet. Een gangbare populaire afgeleide definitie is:
Een duurzame ontwikkeling is een maatschappelijke ontwikkeling die voorziet in behoeften van de huidige generaties zonder dat daarmee voor de toekomstige generaties de mogelijkheden in gevaar worden gebracht om ook in hun behoeften te voorzien.
De crux van het verhaal is dat wij voor onze kinderen dezelfde planeet nalaten en bij voorkeur een betere.
Cradle to Cradle (C2C)
Eind oktober 2006 kwam de VPRO in het programma Tegenlicht met de documentaire 'Afval is voedsel' en 26 november 2007 werd deze uitzending aangepast herhaald onder de titel "Afval is voedsel: een revolutie in Nederland".
Wat maakt deze visie "afval is voedsel" nu zo bijzonder? Tot voor kort werd steeds vanuit een schuldcomplex geredeneerd. We gebruiken te veel energie en de daarbij behorende CO2-uitstoot doet de ijskap smelten met alle denkbare slechtweerscenario's (letterlijk en figuurlijk) tot gevolg. Wij consumeren te veel maar we moeten consuminderen is de overtuiging bij menigeen. En waarom moet de economie 3 % groeien als 0,5 % ook kan? De zogenaamde "economie van het genoeg".
Michael Braungart en William MCDonough hebben in hun boek Cradle tot Cradle een andere insteek. Je mag best groeien als je maar geen afval overhoudt, als je het afval maar weer terugbrengt in de kringloop het afval. Biologisch hergebruikt als voedsel en technisch niet afbreekbare materialen hergebruikt en zo mogelijk opwaardeert.
Hergebruik de gebruikte materialen
Het meest pakkende verhaal uit het boek Cradle to Cradle is wat mij betreft het verhaal van de ezel. Een olijfverkoper komt van de markt terug en klaagt tegen zijn vriend "Ik verdien nagenoeg niets met het verkopen van mijn olijfolie": tegen de tijd dat ik mijn ezel heb gevoerd die mijn olie naar de markt brengt is mijn winst al grotendeels op. Zijn vriend stelt hem voor de ezel wat minder voer te geven waardoor de marge groter wordt.
Een aantal weken later zien ze elkaar weer en de olieverkoper is er slecht aan toe. Als de vriend vraagt wat er gebeurd is antwoordt de verkoper: "Ik heb precies gedaan wat je gezegd hebt, ik gaf de ezel steeds minder te eten en de marges werden steeds beter, maar op het moment dat ik echt winst begon te maken ging de ezel dood."
Eigenlijk putten wij onze planeet nu ook zo uit dat de ezel haast door de hoeven gaat met dan catastrofale gevolgen. Stel je voor dat de olieprijs echt naar de 200 dollar per vat gaat!
Het verhaal van MCDonough en Michael Braungart is feitelijk simpel: kijk naar de mieren, die onderhouden hun eigen ecosysteem en doen het zó goed dat ze het afval van anderen ook nog weten op te ruimen. En als je als samenleving daartoe in staat bent kun je feitelijk eindeloos groeien.
Maar nu terug naar de lokale politiek. Hoe kun je nu aan het gedachtegoed van Michael Braungart en William MCDonough nu handen en voeten geven? Want het werken aan het behoud van onze planeet, in feiten een Bijbelse opdracht, is ook één van de speerpunten van de ChristenUnie. Of het nu gaat om de groene Carré of om de aankomende renovatie van het stadhuis: als uitgangspunt kun je kiezen dat de toegepaste materialen en ontwerpen "duurzaam" zijn en dat het energieverbruik tot een minimum wordt beperkt. Een consequentie kan zijn dat de investeringen een stuk hoger kunnen uitvallen en derhalve de uitvoering wellicht een stuk soberder wordt.
Daarnaast zouden wij elkaar moeten durven aanspreken op ons energieverslindend en energieverslavend gedrag. Het moet not done worden terrasverwarmers te gebruiken of in woonhuizen airco's te installeren omdat de slaapkamer ‘s avonds te warm is enz enz. Een ideaal beeld zou kunnen zijn dat de Groene Carré uiteindelijk een fietspad wordt omdat we massaal de auto laten staan. Maar ook de politieke partijen moeten eens goed nagaan of ze ook beslissingen willen nemen voor de langere termijn, zeker landelijk gezien, en zich niet alleen focussen op het vermeende korte termijn belang van de kiezer.
Nadenken over welke maatregelen hoe en wanneer genomen moeten worden eist ook nog een verbeterslag. Integraalbeleid getoetst aan duurzaamheid en geen beleid op de waan van de dag. Biobrandstof was vorig jaar nog het ei van Columbus; echter door de voedselschaarste alweer verguisd. Maar ook de vrije markt zet het milieu onder druk. Kijk maar eens naar de verkeersdrukte tijdens de spits, complete volksverhuizingen van noord naar zuid en omgekeerd. Kunnen we dit nu niet anders regelen? Een dorp als Emmeloord kent de luxe van 2 ziekenhuizen dankzij de vrijemarktwerking. Maar ook de windmolens in de Noordoostpolder dreigen Creil en Espel onbedoeld tot spooksteden te maken. Er is op dit terrein nog veel te doen !
Tot slot
Wat mij betreft zou er jaarlijks op gemeenteraadsniveau een soort accountantsrapport moeten komen over de gerealiseerde duurzaamheid. Niet de wethouder financiën maar de wethouder duurzaamheid krijgt een sleutelrol bij de algemene beschouwingen en de raad beoordeelt dan of de financiën, het milieu en de samenleving in het gewenste evenwicht zijn,
Minder maar ook anders.
Chris van Veluwen
Raadslid ChristenUnie Lelystad
Reacties op 'MINDER maar ook ANDERS'
Geen berichten gevonden
Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.